Het beoogde gebruik volgens de Machinerichtlijn
Het belang van het nauwkeurig omschrijven van het beoogde gebruik kan het best worden uitgelegd aan de hand van de Machinerichtlijn (2006/42/EC). De Machinerichtlijn beschrijft het beoogde gebruik als volgt: het gebruik van een machine overeenkomstig de informatie in de gebruiksaanwijzing.
De Machinerichtlijn verplicht om een beschrijving van het beoogde gebruik van een machine in de gebruiksaanwijzing op te nemen. Het beoogde gebruik hangt samen met het uitvoeren van een risicobeoordeling, wat ook verplicht wordt gesteld door de Machinerichtlijn. Over het uitvoeren van een risicobeoordeling zegt de Machinerichtlijn in bijlage II het volgende:
De fabrikant van een machine of diens gemachtigde garandeert dat een risicobeoordeling wordt uitgevoerd om na te gaan welke veiligheids- en gezondheidseisen op die machine van toepassing zijn; bij ontwerp en bouw van de machine moet vervolgens rekening worden gehouden met de resultaten van deze risicobeoordeling. Via het herhalen van bovenbedoelde risicobeoordeling en -beperking dient de fabrikant of diens gemachtigde:
- de grenzen van de machines te bepalen, zowel uitgaande van het beoogde gebruik als van elk redelijkerwijs voorzienbare verkeerde gebruik daarvan,
- na te gaan welke gevaren door de machines kunnen worden veroorzaakt en welke gevaarlijke situaties daaraan verbonden zijn,
- de risico’s in te schatten met inachtneming van de ernst van het mogelijke letsel of de aantasting van de gezondheid en de waarschijnlijkheid dat deze zich voordoet,
- de risico’s te beoordelen teneinde, overeenkomstig de doelstelling van deze richtlijn, te bepalen of risicoreductie vereist is,
- de gevaren weg te nemen of de aan deze gevaren verbonden risico’s te verminderen door de toepassing van beschermende maatregelen.
Tijdens het uitvoeren van een risicobeoordeling van een machine wordt onderzocht welke latente gevaren aanwezig zijn en wat de risico’s bij deze gevaren zijn. Indien wordt vastgesteld dat een bepaald risico dusdanig groot is dat mogelijk letsel kan optreden of dat de gezondheid wordt aangetast, dienen risico-reducerende maatregelen te worden genomen.
Hoe een risicobeoordeling kan worden uitgevoerd, wordt beschreven in de NEN-EN-ISO 12100. Deze norm beschrijft ook een methode voor het nemen van risicoreducerende maatregelen, genaamd de drie-stappenmethode. Volgens de drie-stappenmethode, die overigens ook (in iets andere bewoordingen) door de Machinerichtlijn dwingend wordt voorgeschreven, is er de volgende hiërarchie van reducerende maatregelen:
- Elimineer gevaar door intrinsiek veilig ontwerp.
- Reduceer risico door afscherming.
- Informeer gebruikers over restrisico’s.
Het informeren over restrisico’s kan worden gedaan bij de bron (op de machine) en/of in begeleidende documenten, zoals in de gebruiksaanwijzing. Zoals uit de Machinerichtlijn blijkt, acht de richtlijn het noodzakelijk die risico’s te reduceren die binnen de gebruiksgrenzen van de machine vallen. Deze gebruiksgrenzen kunnen worden bepaald door vast te stellen wat het door de fabrikant bedoelde gebruik, oftewel het beoogde gebruik, is! De omschrijving van het beoogde gebruik bepaalt welke instructies in de rest van de handleiding worden gegeven. Is bijvoorbeeld een koelinstallatie alleen bedoeld voor het koelen van bepaalde medicijnen, dan hoeft ook slechts deze specifieke procedure te worden omschreven.
Redelijkerwijs voorzienbaar verkeerd gebruik
Naast een omschrijving van het beoogde gebruik verplicht de Machinerichtlijn ook om informatie over het redelijkerwijs voorzienbare verkeerde gebruik op te nemen. Dit wordt omschreven in het volgende artikel: 1.7.4.1 c)
De inhoud van de gebruiksaanwijzing moet niet alleen uitgaan van het beoogde gebruik van de machine, maar tevens rekening houden met elk redelijkerwijs voorzienbaar verkeerd gebruik daarvan.
Enkele voorbeelden van redelijkerwijs voorzienbaar verkeerd gebruik zijn bijvoorbeeld het gebruik van een barbecue binnenshuis of het gebruik van een agressief schoonmaakmiddel in een omgeving waar voedsel wordt verwerkt.
Het niet zorgvuldig omschrijven van het redelijkerwijs voorzienbare verkeerde gebruik kan gevolgen hebben voor de aansprakelijkheid van een fabrikant. Richtlijn 85/374/EEC inzake de aansprakelijkheid voor producten met gebreken stelt een producent namelijk aansprakelijk voor defecte producten. Bij het bepalen of een product defect is, wordt met alle omstandigheden rekening gehouden, inclusief “het redelijkerwijs te verwachten gebruik van het product”.
Redelijkerwijs onvoorzienbaar gebruik
Buiten de aansprakelijkheid van een fabrikant en buiten het wettelijke kader valt het omschrijven van het redelijkerwijs onvoorzienbare gebruik; de fabrikant draagt wettelijk geen verantwoordelijkheid voor het omschrijven hiervan. Onderstaande afbeeldingen (Daams, 2011) laat een aantal voorbeelden zien van onvoorzienbaar gebruik. Vanzelfsprekend is er altijd discussie mogelijk over wat nu voorspelbaar menselijk gedrag is en wat niet. Want een kat in de magnetron, is dat nu redelijkerwijs voorzienbaar verkeerd gebruik of onvoorzienbaar gebruik?